Nijmegen, 30 oktober 1993 Beste Tjitse, Bij nalezing van mijn brieven aan jou ben ik op enkele onvolkomenheden gestuit. Ik verzoek jou die in onze correspondentie te corrigeren. De brieven die ik naar jou heb gestuurd heb ik achteraf doorgepagineerd. De nummers tussen haakjes geven die interne nummering aan.

Brief d.d. 9 september 1993 blz. 3 (72), einde eerste alinea moet zijn: "Daags daarna vierde ik mijn afscheid" i.p.v. "Kort daarvoor had ik mijn afscheid "gevierd"".

Brief d.d. 13 september 1993 blz. 8 (80), toevoegen aan alinea 3: "17 en 18 januari, kort vóór het functioneringsgesprek".

Brief d.d. 7 oktober 1993 blz. 2 (96), 2e alinea moet zijn: "Dit functioneringsgesprek, dat dus plaatsvond kort nadat Annet de Jong intensieve gesprekken met L. voerde en dat kort ná de reis naar Madrid (17 en 18 januari) plaatsvond, gaf een geheel nieuwe wending aan L.s attitude in mijn richting."

Blz. 3 (97) alinea 3 moet zijn: "Ik ben er desalniettemin in geslaagd Inge Post op 23 december 1992 in Kasteel Oudaen van mijn daadwerkelijke rol binnen het NIOW/SBO/don Quijote/Nieuw Elan-proces op de hoogte te brengen. Nadien hebben zich de jou bekende talrijke mysterieuze gebeurtenissen voorgedaan. etc." Dus: toevoegen: don Quijote.

Brief d.d. 12 oktober 1993 blz. 2 (101) 9e alinea moet zijn: "Die zin moet luiden: "Dit functioneringsgesprek, dat dus plaatsvond in de tijd dat Annet de Jong intensieve gesprekken met L. voerde en dat kort ná de reis naar Madrid (17 en 18 januari) plaatsvond, gaf een geheel nieuwe wending aan L.s attitude in mijn richting."

Blz. 4 (103) 2e alinaea "mijn stuk van maart '88" moet zijn "mijn stuk van maart '89".

Brief d.d. 27 oktober 1993 (blz. 113) voorlaatste alinea "Mevrouw Boogaard-Mackay heeft deze woorden in boosheid geuit en trekt deze hierbij in" moet zijn "Mevrouw Boogaard-Mackay heeft deze woorden in boosheid gebezigd en trekt deze hierbij in". Blz. 115 voorlaatste alinea het tekstblok "Ten tijde van jouw problematiek......aanspreekbare persoon" moet zijn "Ten tijde van jouw problematiek (maart 1990) was de heer Tjeenk Willink en vanaf 1 oktober 1990 de heer Lulofs de eindverantwoordelijke persoon van alle Baak-activiteiten. Ik denk dat het voor jou goed is om dit samen met de heer Rijpkema te bespreken, met name gezien het feit dat Tj. Maris - zelfs ná zijn ontslag - nog handelingen t.a.v. jou heeft verricht. Hij was toen waarschijnlijk adviseur van de Baak. En nogmaals: de heer Lulofs is nu de aanspreekbare persoon."

Sorry dat ik niet meteen de juiste formuleringen heb gevonden, maar het is voor jouw zaak belangrijk te kunnen werken met 100% zuivere gegevens. Verder heb ik geconstateerd dat mijn mening m.b.t. de verantwoordelijkheid voor jouw stagebegeleiding gedurende onze briefwisseling is veranderd. In mijn fax aan mevrouw Meulenbroek van 6 mei 1993 heb ik die verantwoordelijkheid nog toegekend aan het Arbeidsbureau Amsterdam (Meijer/Hofland), terwijl ik nu, het geheel beter overziende, van mening ben dat die verantwoordelijkheid voor jouw individuele geval formeel gezien hoogstwaarschijnlijk bij de stagebegeleiding van Nieuw Elan lag. E.e.a. is natuurlijk afhankelijk van de afspraken die intern al of niet onderling zijn gemaakt. Ik denk nogmaals, gezien de periode waarin jouw problematiek zich voordeed dat hier onduidelijkheid over bestond. In dit verband wijs ik je op mijn notitie van 14 maart 1990 aan L. "Nieuw Elan 1990: naar een marktgericht systeem van modulering, flexibilisering en open inschrijving". Dit stuk had toen de volledige aandacht. Wij waren geconcentreerd op het in korte tijd structureel veranderen van de organisatie en juist in die tijd speelden zich de gesprekken over jouw cursusbeëindiging af. Ik kan me moeilijk voorstellen dat L. zich in die tijd ook nog intensief met het cursistprobleem Breuker heeft kunnen bezighouden. Het voortbestaan van Nieuw Elan stond toen op het spel. Vriendelijke groet.

6 NOVEMBER 1993 DE EERSTE WEEK VAN DE DAGTHERAPIE ZIT EROP